Gesubsidieerde projecten en de verhoogde investeringsaftrek – toch niet zo onverenigbaar!

Uitbreiding van het toepassingsgebied vanaf 2025

De hervorming van de regeling voor verhoogde investeringsaftrek eind 2024, die van toepassing is op investeringen in 2025 en toekomstige investeringen, heeft het aantal in aanmerking komende investeringen in duurzame ontwikkeling uitgebreid en de fiscale impact vergroot met een verhoging van het aftrektarief van 15,5% naar 30% voor bedrijven, en zelfs 40% voor KMO’s, specifiek voor dit thema. Naast de reeds beoogde energiebesparingen werden de andere thema’s die specifiek zijn voor de Europese milieudoelstellingen (Green Deal) aan het panel toegevoegd om de Belgische bedrijven te ondersteunen bij hun inspanningen en deugdzame investeringen op het vlak van CO₂Dit geldt met name als het gaat om duurzame ontwikkeling, het verbruik van natuurlijke hulpbronnen, circulariteit, vervuiling en het behoud van biodiversiteit.

Beperking in geval van cumulatie met regionale steun

Deze welkome verruiming van de reikwijdte van duurzame ontwikkeling buiten de enkele, maar essentiële kwestie van energie ging echter gepaard met de beslissing van de wetgever om het onmogelijk te maken om de genoemde verhoogde aftrek (belastingprikkel) te combineren met regionale steun (financiële stimulans) voor dezelfde investeringen, waardoor het aangekondigde goede nieuws werd afgezwakt.

Dit verbod is uitgebreid becommentarieerd door belanghebbenden en de genoemde onverenigbaarheid is blijven hangen in de hoofden en mededelingen van zowel consultants als regionale organen zoals VLAIO, dat dit expliciet vermeldt in zijn richtlijnen.

Wat de koninklijke besluiten eigenlijk zeggen

Zoals gebruikelijk voor dit type regeling worden de essentiële details echter vastgelegd in koninklijke besluiten, die alle details bevatten met betrekking tot in aanmerking komende investeringen en de onderliggende formele vereisten, en die ook de oorspronkelijke bepalingen kunnen vervangen.

En iedereen die de goede moed heeft gehad om de nogal onverteerbare bijlagen II, II bis en II _ter , die op 31.12.2024 zijn gepubliceerd, te blijven lezen, zal geïntrigeerd zijn door een overbodige alinea waarin wordt verwezen naar het samengaan van de investeringstoelage met overheidssubsidies. Voor alle investeringscategorieën die onder de verhoogde “thematische” aftrek met betrekking tot energie, duurzaamheid en koolstofarm transport vallen, bepaalt het Koninklijk Besluit namelijk het volgende:

“Wanneer de som van het belastingvoordeel van de investeringspremie waarop aanspraak wordt gemaakt voor een van de in deze bijlage bedoelde investeringen, en het voordeel van de andere overheidssteun waarop aanspraak wordt gemaakt voor de betrokken investering, meer bedraagt dan 30 miljoen euro […], wordt de aanvraag voor de investeringspremie bij de Europese Commissie aangemeld met het oog op voorafgaande goedkeuring als verenigbare staatssteun. de aanvraag voor de investeringspremie zal bij de Europese Commissie worden aangemeld voor voorafgaande goedkeuring als verenigbare staatssteun.”

Zolang we het er dus over eens zijn dat regionale steun inderdaad “andere overheidssteun” is, kunnen we daaruit afleiden dat de onverenigbaarheid tussen de aftrek voor thematische investeringen en regionale steun systematisch wordt opgeheven voor alle voornoemde investeringscategorieën. De enige uitzondering op deze opheffing van het cumulatieverbod heeft betrekking op specifieke investeringen in de afvang en het beheer van_CO2 die in de industrie wordt afgevangen; deze kunnen niet van de verhoogde aftrek profiteren als ze op Europees niveau zijn gesubsidieerd.

Goed nieuws voor bedrijven

Bijgevolg is de aangekondigde onverenigbaarheid van de belastingaftrek voor “duurzame” investeringen met Belgische regionale steun niet meer dan een verzinsel! De fiscale aftrek en de gewestelijke subsidies kunnen dus worden gecombineerd, en er is geen limiet aan deze combinatie , afgezien van het feit dat voorafgaande goedkeuring van de Europese Commissie vereist is als het gecombineerde bedrag van de verkregen overheidssteun en de investeringsaftrek niet meer bedraagt dan 30 miljoen euro per project! Al met al blijft er dus een zeer comfortabele marge over!

En dat is uiteindelijk echt goed nieuws voor Belgische bedrijven, en meer in het bijzonder voor hun financiële en duurzame ontwikkelingsdirecteurs, die geconfronteerd worden met complexe en vaak strategische afwegingen bij het toewijzen van middelen aan projecten die even duur als deugddoend zijn.

Analyseer je investeringsmogelijkheden

Als u de subsidiabiliteit van uw geplande of geplande investeringen wilt beoordelen, neem dan nu contact op met onze experts voor een volledige analyse van uw huidige en toekomstige beleggingsportefeuilles.